Een bericht uit de Volkskrant van 12 juli 2017;
Aantal afgekeurde ouderen stijgt sterk; voor zware beroepen komt het pensioen te laat.
“het einde van de groei van nieuwe arbeidsongeschikten is nog lang niet in zicht”
Nederlanders die een zwaar beroep hebben moeten steeds vaker afhaken voor hun pensioenleeftijd, ze melden zich ziek en krijgen een arbeidsongeschiktheidsuitkering om de periode tot hun pensioen te overbruggen, en dat is echt geen vetpot!
Het PMT, pensioenfonds metaal, meldt een verdubbeling van het aantal nieuwe arbeidsongeschikten sinds de AOW leeftijd in stappen omhoog gaat van 65 tot 67 jaar. Ook bij pensioenfonds Zorg & Welzijn wordt een verhoging van 20% aan arbeidsongeschikten gemeld.
Vermogenden
Als we dit bericht afzetten tegen de resultaten van het onderzoek van Raymond Montizaan van de Universiteit Maastricht is het wel duidelijk dat er iets goed mis is met een gelijke AOW leeftijd voor iedere Nederlander en dat het hoog tijd wordt dat de discussie voor een flexibele AOW serieus wordt opgepakt en dan ook een beetje snel graag.
Uit het onderzoek van Raymond Montizaan blijkt dat het vooral de laagopgeleiden zijn die langer moeten doorwerken en dat terwijl deze groep mensen vaak rond hun 16e jaar zijn begonnen met werken, jaren eerder dan de hoogopgeleiden. De gemiddelde pensioenleeftijd is in de laatste 10 jaar gestegen van 61 naar 64,5 jaar.
Mensen zijn geneigd te denken dat vooral de hbo en universitair geschoolden tot op latere leeftijd blijven werken omdat ze vaak hun werk zo leuk vinden. Dat leuk vinden klopt ook wel maar dat is vaak voor hen geen reden om dan maar door te werken. In de praktijk blijkt dat zij juist vaker eerder stoppen omdat zij het zich kunnen veroorloven, je zou kunnen zeggen “vroegpensioen is een luxegoed aan het worden waar steeds vaker alleen vermogenden aanspraak op kunnen maken”. De laagopgeleiden werken op dit moment gemiddeld een jaar langer dan hoogopgeleiden. Er zijn twee pensioensnelheden ontstaan, in 2003 stopte gemiddeld iedereen nog rond de 61 jaar met werken, al dan niet met een vroegpensioen of vut-regeling. Nu gaan de laagopgeleiden door tot iets na hun 65e jaar terwijl de hoogopgeleiden al stoppen voordat ze 64 jaar worden.
Het verschil in de gemiddelde pensioenleeftijd mag dus gerust een punt van zorg genoemd worden, temeer omdat de laagopgeleiden gemiddeld genomen op veel jongere leeftijd al gezondheidsklachten krijgen. De verwachting is dus als er niets verandert er steeds meer mensen door ziekte zullen uitvallen naarmate de pensioenleeftijd stijgt en dat dit vooral de laagopgeleiden zal treffen.
Het is dus van groot belang dat er al op korte termijn actie wordt ondernomen en gezien de prioriteiten van de meeste politieke partijen zal die actie waarschijnlijk uit de basis van de samenleving moeten komen. In ieder geval kun je kijken, als je dit belangrijk vind, wie er het meest ontvankelijk is dit in het programma op te nemen en….. laat je stem horen.
Nico, 12072017
Geef een reactie