De AOW leeftijd is gekoppeld aan de levensverwachting. Op dit moment ligt de leeftijd op 65 jaar en negen maanden, in 2022 zal dat 67 jaar en drie maanden zijn en wie in 1970 is geboren zal tot 69 jaar en 3 maanden door moeten werken. Dat geldt dus voor alle Nederlanders ongeacht welk beroep je uitoefent en op welke leeftijd je bent gaan werken.
Hoogopgeleiden leven langer
Nog een paar cijfers…. Hoogopgeleiden leven gemiddeld 6 tot 7 jaar langer dan laagopgeleiden. Bovendien ervaren hoogopgeleiden 20 jaar langer hun leven in goede gezondheid in vergelijking met laagopgeleiden. Dit verschil is al jaren lang constant en verandert nauwelijks. Deze cijfers zijn van het CBS en dus mogen we aannemen dat ze betrouwbaar zijn.
Dus zou je zeggen, waarom geen flexibele AOW? Gebaseerd op de levensverwachtingen die bij de opleiding en het werk van iemand past. Dat vind ook Jan van Ours, hoogleraar toegepaste economie. Volgens hem moet een AOW leeftijd persoonsgebonden zijn en vooral voor mensen in zware beroepen is een tijdige pensionering belangrijk voor gezondheid en geluk. Voor degenen die juist langer kunnen en willen doorwerken is het uitdagend en goed voor de geestelijke gezondheid om later met pensioen te gaan. De flexibele pensionering zal recht doen aan de grote verschillen in gezondheid, arbeidsplezier en levensgeluk. Met name werknemers met een minder goede pensioenvoorziening hebben een flexibele AOW leeftijd nodig om zelf te kunnen bepalen wanneer ze stoppen met werken. Degenen die wel een goede pensioenvoorziening hebben, vaak zijn dat de hoogopgeleiden, kunnen zelf al kiezen wanneer ze afscheid nemen.
Versleten knieën
Het is vooral belangrijk voor de stratenmaker die met zijn versleten knieën naar de finish kruipt, maar het blijft natuurlijk lastig om zware beroepen af te bakenen. De stratenmaker heeft zwaar werk, maar zijn opzichter niet. Er zijn ook wel beroepen die niet als zwaar bekend staan maar wel als zodanig worden ervaren. Geestdodend werk bijvoorbeeld.
Daarom moet de discussie niet gaan over zware beroepen, maar over een AOW op maat, dat zou bijvoorbeeld kunnen via de CAO’s, vindt de vakbeweging. Maar deze staan zo hier en daar flink onder druk (de CAO’s en helaas ook de vakbeweging) en met de toenemende flexibilisering van de arbeid valt lang niet elke werknemer onder een CAO, zodat dit ook niet de ideale oplossing is. Opleiding en inkomen zal hierbij een rol moeten spelen. Het is aan de politiek – met name voor het te vormen nieuwe kabinet – dit op te pikken.
Nico, 090617
Geef een reactie